Uit het oosten

De afgelopen dagen, dus terwijl ik in Praag zat, vliegen er plots Oostelijke Vossen rond in Nederland. Klinkt gek, en het gaat om vlinders van het soort Vos waarvan iedereen wel eens de Kleine heeft gezien, een enkeling de Grote, maar deze was nog nooit eerder in Nederland. Waarschijnlijk zijn ze -het lijken enkele tientallen te zijn- met de wind van de slecht-weer-gebieden deze kant opgewaaid. In elk geval zijn veel van de migranten behoorlijk beschadigd.

De meeste worden gevonden aan de kust bij Callantsoog, een slechte plek om naartoe te gaan als het meer dan dertig graden is en je niet wilt zwemmen. Ik ben dan ook blij als een exemplaar wordt gemeld bij Bunnik. Dat scheelt minstens een uur sturen en parkeren is geen probleem op de camping De Boomgaard. Het zoeken is ook eenvoudig: de vlinder zit op het sap van één van de paar Berken.

Het beestje, dat een wat andere vleugelvorm, wat andere stippen maar vooral herkenbare lichte poten heeft, blijft braaf zitten zodat het foto's maken eenvoudig is. Helaas heeft het dier de vleugels veelal gesloten waardoor het gespannen wachten is op een fladdertje. Campinggasten maken ondertussen grapjes over de malloten die rond de vlinder scharen. Het is dan ook kolderiek om Sander Haak, Dr. Phil en grootgrutter Aart Vink bezig te zien. Het levert leuke plaatjes op van de bewonderaars en van de vreemde vlinder, al is die niet op het mooist.